Kerst 14/ 12

"Het schip zinkt" is een spel waarbij er telkens een stoel minder is om met de hele groep op te overleven. Wij werkten zo goed samen dat er zestien kinderen op drie stoelen pasten.
De gemaakte kerstkaarten werden voor het grootste deel direct verstuurd aan: ....mij!
Zoveel lieve wense
n heb ik nog nooit gekregen. Nu is het mijn beurt om alle kinderen en ouders van groep 5 een hele fijne kerst en een leerzaam nieuwjaar te wensen! Natuurlijk zal ik jullie ook heel erg missen. Veel plezier bij meester Robbert!

Sinterklaas 7/ 12

Na een muzikaal onthaal van de Sint trok onze klas zich terug om surprises uit te pakken. Er waren ontzettend mooie kunstwerken gemaakt. Een levensecht paard en konijn, boeken en speelgoed, noem maar op. De gedichten waren van hoog niveau. Goed gerijmd en met leuke vondsten. Aan deze middag houden we mooie herinneringen over.

les 30 november

Lekkere mandarijntjes voor iedereen, want Carmen was jarig geweest.
Ferdinand heeft vol enthousiasme verteld over het enige Nederlandse boek dat hij thuis kon vinden: Suske en Wiske klein. Het boek stond vol grapjes en daar werden we erg vrolijk van.
Jullie hebben als huiswerk: maak een gedicht bij het kadootje en oefen ons lied!
Dat valt dus wel mee, he!

Les 23/11

Deze les zullen Robbert en Astrid voor jullie klas staan. Het thema van de les is: gedichten! Bereid een gedicht voor. Zie opgave 3 van hoofdstuk 13 op blz. 53 van Taaljournaal. Neemook je beige boek Tekstverwerken mee naar de les. Dat is het boek waar een fee op de voorkant staat.
Na de pauze zal Tineke samen met de groepen 3 t/m 5 een Sinterklaasspel spelen.
Veel plezier en geen geklier!

Huiswerk voor 30 november:
Taaljournaal 14 “Wie zegt dat” op blz. 56 opgave 1 en twee blz. uit Taaljournaal Spelling
Wat moet er in de brief van opgave 1 allemaal staan?
-Datum
-De aanhef (Geachte burgemeester)
-Het probleem uitleggen. Waarom zijn de kinderen boos?
-Mogelijke oplossingen
-Afsltuiting (met vriendelijke groeten)

Les 16/11

Job heeft ons enthousiast gemaakt voor het boek "Koen Kampioen krijgt een hond". Zijn verhaal was heel goed voorbereid en hij wist het duidelijk over te brengen.
Wat betreft zinsontleden hebben we de termen tegenwoordige tijd en verleden tijd besproken en ermee geoefend.
Theorie spelling ging over woorden die je schrijft net als vrolijk. (Het klinkt als vroluk, maar je schrijft vrolijk.)En de moeilijke weetwoorden zoals fiets en voet. Door de woorden vaak tegen te komen leer je of er een v of f moet staan. Maak de bladzijden in Taaljournaal spelling die hier over gaan!
We hebben gezamlijk de leuke teksten van Tekstverwerken gelezen. Dat zijn hoofdstuk 3 en 4. Als je het boek tekstverwerken, die met de fee erop, thuis hebt, lees dan die twee hoofdstukken samen met een ouder.
De kinderen die er waren hebben al de lootjes getrokken. SUPERGEHEIM!.
Maak taaljournaal hoofdstuk 11 opgave 1 en 2 in je schrift.
en ook taaljournaal hoofdstuk 13 opgave 1 en 2.

Les 9/11

Dank jullie wel Annesofie en Masha voor jullie mooie boekbespreking. We hebben erg gelachen om de regel van Floor:"blote grote mensen kunnen ook schattig zijn" uit het boek van Marion Hoffman. Masha wist heel goed het verhaal van de rattenvanger van Hamelen te vertellen, ookal vond ze het zelf maar saai. De rattenvanger van Hamelen is een sage die o.a. werd beschreven door de Gebroeders Grimm. De legende verhaalt van een gebeurtenis die plaatsvond in de Duitse stad Hamelen, naar verluidt op 26 juni 1284.
In Taaljournaal werkten we aan hoofdstuk 10 en leerden over feiten danwel een mening. Wat zijn jullie goed in het verzinnen van smoesjes!!! Dat was leuk om te doen en leuk om van elkaar te horen. Zorg dat je de opgaven afmaakt als je die nog niet afhad. (Taaljournaal 10 opgave 1 en 3) Werk vervolgens door in je groene werkboek van Taaljournaal spelling en probeer om 1 t/m 7, dat is opgave 1 t/m 6) af te krijgen.
Na de pauze hebben wij meester Robbert ontmoet. Hij zal in 2008 de klas overnemen. We speelden het expressiespel Casper. Jullie zijn steengoed in het uitbeelden van taal. Ook is er hard aan het lied voor Sinterklaas gewerkt. Het leven van Sint in Spanje en zijn aankomst in Nederland is al op papier. Heb je tijd en inspiratie? Schrijf dan graag een voorstel voor een derde couplet over Sinterklaas op bezoek in Denemarken.

Les 2/11

Anne heeft een geweldige boekbespreking gehouden. Het verhaal werd reuze levendig verteld. We zijn verder gekomen in werkwoordspellen en hebben weer wat ingrediënten van de toverdrank in kunnen vullen.
De kinderen die het lied kennen hebben laten horen. Nu wordt het tijd dat er wat coupletten geschreven worden!
We gaan AVI lezen. Lezen blijven oefenen is belangrijk. Het moet vlot en technisch goed gaan. In februari zal Tineke testen en dan kunnen we laten zien dat we allemaal een avi niveau omhoog geschoten zijn!

Les 25/10

We begonnen de les met een Nederlandse kraker van Rudie Carrell "de muis in de molen". Leuk dat jullie al zo snel meezongen! Dit lied gaan wij bewerken tot een lied voor Sint en de Pieten. Het refrein hebben we al af:
Ik zag een Piet
Waar
Daar op het dak
Waar op het dak
O daar, een zwarte Piet met kadootjes...
Na een uitleg schreven wij een opdracht over het vinden van het werkwoord/ de werkwoorden in de zin.
Voor spelling van de woorden als "muren/ramen" en "rokken" hebben wij het verhaal van Ber-na-dette als geheugensteun. Lees het verhaal nog eens thuis. (Zie bijlage).
Het laatste halfuur werd er hevig gediscussieerd samen met de oudere groep over sport.
Huiswerk is in Hoofdstuk 7 van Taaljournaal opgave 2 en 4. Praten met pictogrammen en lichaamstaal.

Les 12/10

KINDERBOEKENWEEK
Het is drie uur. Op het schoolplein spelen al veel kinderen. Er wordt geklommen en gevoetbald. Zo is het wel vaker. Toch klopt er iets niet...
Tussen de kinderen lopen vreemde figuren. Ik zie speurneuzen met rare brillen op. Ik zie types in lange jassen. Er loopt een meneertje met een wandelstok. Er is een oud mannetje met grijze lokken onder zijn hoed. Trouwens er zijn meer hoofddeksels in alle soorten en maten. Nee, maar! Er zijn zelfs bewapende agenten bij!
Dan begint de ellende. We horen een luid gejammer uit de klas van Mirjam komen. De kinderen spoeden zich naar binnen. Mirjam huilt. Prins kikker is weg. Hij heeft al een week niets van zich laten horen. Hier moet aktie ondernomen worden!
De speurneuskinderen gaan aan het werk. Ze ontcijferen geheimschrift. Ze spitsen hun oren en herkennen de gekste geluiden. Ze oefenen hun stembanden en zingen een lied.
De inspanningen worden beloond. Er komen letters tevoorschijn, die helpen bij het vinden van Prins Kikker. “Waar hij is, is het donker”, “Je kunt er iets in bewaren” en “Op de trap”. Dit is genoeg voor deze slimme speurneuzen om Prins kikker te vinden en uit zijn kist te bevrijden.
Is hij blij? Ja, hij is blij om Prinses Kikker te zien en kust haar akelig lang op de mond. Is hij blij om Mirjam te zien? Nee, hij laat ons weten dat hij heerlijk heeft geslapen en BURP ook gegeten...
Nader onderzoek laat zien dat kikker zich tussen de snoepjes en koekjes heeft genesteld. Er is nog genoeg over voor iedereen.
Eind goed al goed.
De kinderboekenbeurs werd een groot succes: vele boeken zijn verwisseld van eigenaar. Heerlijk toch dat ze nog eens gelezen worden. Dat is noujuist wat een boek wil!

les 5/10

KLINKERDIEF
Na de indleiding, begon een uitleg over lange en korte klanken. De lange klanken, die op twee manieren geschreven kunnen worden, blijven voor fouten in de spelling zorgen. De lange klank e/ee is zowel lang in we-ten als in weet. Denk aan de klinkerdief, die bij Bernadette op bezoek kwam en haar na leerde. Lange klinkers hebben pech, ik neem er gewoon een weg. In tekstverwerken konden we hiermee oefenen. Iedereen heeft tekst 2 gemaakt. Heb je deze les gemist, maak dan het tweede hoofdstuk van tekstverwerken in je paarse boek. Ook in het groene werkboekje van Taaljournaal is hier een opgave over en die moet je ook thuis maken als je hem niet af had, of als je er niet was. Dat is blz. 6 de dikgedrukte 5.
Na de pauze hebben we over dieren gepraat en spreekwoorden waar dieren in voorkomen uitgebeeld. Weet je nog wat ze betekenen? Kijk onder reakties naar de lijst.
Huiswerk komt uit Taaljournaal 5, het boek met de harde kaft. Maak van hoofdstuk 5 (blz. 20) opgave 2,4 en 5. Je kunt het!

les 28/9

TOETSEN EN DE RANDSTAD
Een erg serieuze les was het vandaag. We begonnen met een dictee en een toets. Uit het dictee heb ik kunnen opmaken welke spellingregels nog eens herhaald moeten worden. We zullen gaan oefenen met woorden met s/z en f/v en ook ch/g. De toets is goed gemaakt en we kunnen voor zinsontleden constateren dat de groep het werkwoord in de zin kan vinden. Dat is fijn, want dan kunnen we een volgende stap nemen en leren wat de stam van het werkwoord is. Na de pauze werkten we uit de gloednieuwe cultuurmap van de NOB. Deze is voor groep 6 t/m 8 geschreven en dus aan de moeilijke kant voor ons. Omdat in de tussendoelen in Nederland topografie van de provincies van Nederland in groep 5 op het programma staat, wilde ik toch proberen of de kinderen hier iets van op konden steken. Tijdens de les heb ik de tekst over de Randstad, Zuid en Noord Holland en Utrecht, behandeld en verlevendigd met een verzonnen verhaal en een kaart. Er kwamen wel wat verhalen los die op herkenning duidden, maar de stof is moeilijk. Alleen haal ik het niet om het aan te leren, vandaar dat het huiswerk dit keer voor degene die er waren een pittige tekst met vragen is geworden. Tip: lees de vragen even vooruit en lees dan het stukje tekst waarover de vragen gaan. Zo kun je de lange tekst in stukjes voorlezen. Ik zal aankijken wat de reakties zijn en daarvan af laten hangen of we ook het Zuiden van Nederland en het Noorden van Nederland gaan behandelen. Heb je de tekst niet, omdat je er niet was dan maak je twee bladzijden uit een van de huiswerkschriftjes.

les 21/9

SPREEKWOORDEN EN PRINSJESDAG
We bespreken sommige spreekwoorden die in Taaljournaal staan. Het is lastig met spreekwoorden, want daarvan moet je de betekenis vaak leren. Laten we wat goede raad geven: "nee heb je, ja kun je krijgen!" en "niet geschoten is altijd mis!".
Sommige onder ons hebben ouders of oma's en opa's die wel eens een spreekwoord gebruiken. Kunnen jullie onder reacties zoveel mogelijk van die spreekwoorden sturen?
Silas vertelt ons een spannend verhaal over Dolfje Weerwolfje. Gelukkig bestaan die weerwolven niet echt. Zie zijn boekbespreking onder reakties.
Het woordenschatonderwijs ging over prinsjesdag. Beatrix rijdt in een gouden koets naar het Binnenhof. Ze gaat de Ridderzaal binnen en leest de troonrede voor. In de zaal zitten de ministers van de eerste en tweede kamer. Veel dames hebben gekke hoedjes op. De minister van financien komt in beeld met het koffertje waar de miljoenennota inzit. We sluiten de les af met een quiz met vragen over deze belangrijk dag.
De leerlingen die er waren deze les hebben Tekstverwerken meegekregen als huiswerk. Zij lezen het eerste hoofdstuk en maken de vragen die daarbij horen. Degene die er niet waren kunnen dit niet maken, want zij hebben die boeken nog niet. Zij maken twee bladzijden uit hun huiswerkboekje en bekijken de site http://www.nos.nl/jeugdjournaal/uitleg/Prinsjesdag/Prinsjesdag.htm Denk aan het insturen van de spreekwoorden!

Les 14/9

HET WERKWOORD IN DE ZIN HERKENNEN
Even wakker worden met een concentratiespel en vervolgens werden we getracteerd op een overweldigende boekbespreking van Jitze. Als je van een spannend boek houdt, dan moet je "De brief voor de koning" echt eens lezen! Wat Jitze schreef lees je onder reacties.
Aan de hand van ons eigen beroepenboek konden we leren wat het werkwoord in de zin was (een piloot vliegt, een zangeres zingt...) In Taaljournaal hebben we trendy taal en dialecten omgezet in gewoon Nederlands. Dit is huiswerk voor degene die er niet was: taaljournaal Hoofdstuk 4, maak opgave 3 en 6. We gaan de spreekwoorden uit opgave 6 behandelen in de volgende les! Het huiswerk voor degene die er wel waren is 2 bladzijden uit je woordenschatboek.

les 7/9

LUISTERVINK, KLINKERDIEF EN VERDUBBELAAR
Deze les heeft Damian ons enthousiast gemaakt voor het boek: Een super doelpunt geschreven door Vivian den Hollander. Hij gaf het boek een 10+, een echte aanrader dus!
Damian kan heel mooi en duidelijk vertellen. Zie zijn verslag onder reacties 1.
In groep 5 wordt er van je verwacht dat je weet hoe een woord is opgebouwd. Er zijn klinkers, mede-klinkers en lettergrepen. Met alle klinkers en met een mede-klinker is een mooi lied te maken. De leerlingen kozen een mede-klinker en Carmen zong het lied. Dat ging geweldig!
Waarom moeten we deze begrippen nou weer kennen? Luister maar naar het verhaal van prinses Bernadette. Ik zal het verhaal bijvoegen zodat degene die er niet waren het kunnen lezen. Zie reactie 2. Bernadette droomt over de Luistervink (Ber) , de Klinkerdief (na) en de Verdubbelaar (dette). Of was het geen droom?
We sloten de les af met galgje spelen.

les 31/8

VIND DE PERSOONSVORM IN EEN ZIN
Een klein groepje was het vandaag. Wij hebben gezocht naar het werkwoord in de zin. Dat valt nog niet mee, want zinsontleden is nieuw voor groep 5. Anne verzon een zin met het werkwoord STAAN: "STAAN mag niet in de klas". Wat is het werkwoord in de zin? Tja, dat is MAG. We gaan een truucje leren om in ieder geval de persoonsvorm in de zin te vinden:
Gebruik alle woorden uit de zin en:
1. verander de tijd van de zin >het woord dat verandert is de pv. (Ik ga naar huis > Ik ging naar huis)
2. maak een vraagzin >het woord dat vooraan komt te staan is de pv.(Hij vindt chocola lekker > Vindt hij chocola lekker?)
3. verander het aantal van het onderwerp > het woord dat verandert is de pv. naast natuurlijk het onderwerp zelf (De man loopt > De mannen lopen)
Hier zullen we nog even mee blijven oefenen.
Huiswerk voor deze week is opgave 2 van hoofdstuk 2 uit Taaljournaal: Professor Plotvinder. Doe je best en verzin zoveel mogelijk woorden!

les 24/8

SCHRIJF WAT JE HOORT
Dan moet je wel de Nederlandse dubbelklanken kennen!
We hebben vandaag de dubbelklanken geoefend met Carmen haar ingenieuze dubbelklankentoren. De les was net ten einde toen met een luid geraas de toren instortte...
aa- oo- ee- oe- ui- eu-ei-ie-ou-au
Vandaag heeft ieder zijn huiswerk meegenomen: Taaljournaal Hoofdstuk 1 opgave 5 en 6. De opgaven worden in het schriftje gemaakt. Succes!

les 17/8

SCHRIJFWEDSTRIJD
Onze klas doet mee aan de wedstrijd van Wereldkids http://www.wereldkids.nl. Zij loven een prijs uit aan kinderen tussen de 9 en 10 jaar die opschrijven wat hun lievelingsberoep is. Je moet opschrijven wat het beroep inhoud en waarom het een leuk beroep is. De winnaar krijgt een mooi boek met 50 stoere beroepen!
Wij bedachten eerst niet bestaande beroepen zoals dieventemmer en bloemenmaker.
Lees onder reacties onze verhalen.